Terug naar modelvliegen  Highlights 2016  

 

Eerste vliegdag: 1 mei

 

En meteen al met excuses beginnen. Aiaiai: De wet overtreden tijdens de allereerste vlucht van 2016.

 

 

313 meter aangetikt. Dat is niet goed te praten. Het was me nog zo gezegd: "Buitendijk het is 300 meter maximaal". Begrepen?

 

Nog even wat interessants. Als je klikt op het grafiekje hierboven zie je dat de F3J Maxa direct na de start enige tijd met 1,8 m/s gestegen is. Tot ik de bel kwijtraakte, een andere vond, die ook kwijtraakte, een andere vond, die ook kwijtraakte enz. Maar waar het me nu om gaat is dat 1,8 m/s ook voorspeld was voor vandaag. Kijk, als dat kaartje blijkt te kloppen is dat best interessent toch? Link

Dan zie je in de linker kolom onder het kopje thermiek: "Thermieksterkte zonder eigen dalen en Stijgwind/Scheringsratio". Ik klik dan zelf op "animatie" ernaast.

 

 

 

 

Er was nog meer te melden op 1 mei. Het project van Maarten Cornelissen lijkt een succes. Zelf ontworpen vliegende vleugel voor F5J. Ik mocht een beetje helpen bij het lamineren van de romp en de vleugel. En eerlijk is eerlijk, ik had er weinig verdusie in. Vandaag werd het tegendeel bewezen.

 

 

 

7 mei, 6 dagen later: RIP Mc Roissard. Oorzaak: Waarschijnlijk een stuurfout van ome Cor.
 

 

Streven naar verbetering

 

Geen genoegen nemen met iets dat beter kan. Heb ik altijd al interessant gevond. Zakelijk en prive.

Eigenlijk gewoon altijd. Krijg je een kritische blik van. Niet te verwarren met negatieve blik. Dat is naar mijn mening de juiste instelling. Van verbeteringen krijg je toch energie? Als je het dan hebt over verbeteringen, heb je het in de (modelvlieg)sport over records. Heb ik dus ook altijd interessant gevonden.

 

Over welke records kun je spreken in de modelzweefvliegsport?

Afstand, maar ook hoogte, snelheid, en duur (tijdsduur).

 

Afstand

Over het afstandsrecord is iedereen het wel eens dat dat het meest ultieme record is in onze hobby. Men noemt dit Cross Country Soaring (XC Soaring). In USA populair, maar daar hebben ze dan ook niet te maken met allerlei beperkingen en andere bemoeienis. Jaarlijks wordt daar in Montaque een wedstrijd georganiseerd. Hier een verslag van de wedstrijd in 2014. Bij deze XC start je bij A en land je ook weer bij A. De afstand staat dus vast en gaat het erom wie deze afstand het sneltse aflegt.

 

Ik vond nog wat beelden op Youtube: Klik (kanaal van Philip Kolb)

 

 

Dan heb je ook nog XC van A naar B. Dit record stamt alweer uit 1988 en staat op naam van Joe Wurts met 140.67 miles / 226,4 km. Hier een verslag daarvan. En vergeet niet dat hij daar nog geen telemetrie tot zijn beschikking voor had.

 

Hoogte

Als ik me niet vergis is het hoogterecord in 2001 gezet op 2200 meter in Nepal door dezelfde Philip Kolb tijdens een expeditie ten behoeve van de wetenschap. Het enige echte blad voor den modelzweefvliegert wijdde daar in  2001 tweemaal een artikel aan. Hier deel 1. En hier deel 2.

 

 

 

Snelheid

Dan heb je het dus over Dynamic Soaring (DS). Kunnen we kort (pijlsnel) over zijn. Staat nu, in juni 2018, op 545 mph = 877 km/h. Hier de lijst. De video van 545 mph hier.

 

Duur

Heb ik (nog) geen gegevens van. Je zult denk ik moeten beginnen met een definitie. Met leden van MVC Otto Lilienthal hebben we ooit eens 7 uur met 7 verschillende piloten achter elkaar, zonder landing, gevlogen met een SIG Riser op de helling van de Banne d'Or Danche. Daar was geen kunst aan. Hetzelfde geldt voor een bomenrijtje bijvoorbeeld. Zelf ben ik, en vooral mijn nek, na een tijdje behoorlijk klaar met het omhoog turen.

 

Ik heb recent een vario aangeschaft. Om verschillende redenen. Kijk, die nekklachten van het omhoog kijken kun je voorkomen door afwisselend even te gaan liggen. Het probleem is dan dat, ik althans, niet goed meer kan zien of het model stijgt of daalt. Met een vario hoor je dan wat je aan het uitspoken bent. Op de tweede plaatst heb ik gemerkt, zeker bij 2 kanaals modellen zonder remkleppen of flaps, dat het bijzonder prettig is om te horen waar het NIET stijgt. Vorig jaar sloeg de stress plotseling toe toen ik mijn 2 kanaals Spirit wel erg snel erg klein zag worden en daar met veel moeite een einde aan kon maken. Ik realiseerde me tijdens de vlucht plots dat ik geen gebruik kon maken van butterfly / flaps, waar ik eigenlijk aan gewend was. Op de derde plaats lijkt het mij wel aardig om "onder" filmpjes het bijbehorende pieptoontje te monteren zodra het interessant wordt (stijgt).

 

Persoonlijk

Nu heeft iedere modelzweefvlieger zijn eigen recordjes. Ik ook. En laat ik nu op 5 mei een persoonlijk record gebroken hebben met een record dat hierboven nog niet genoemd is: Stijgen per seconde in thermiek!

Eerst even mijn defenitie: Model moet los zijn van de startlijn / motor uit in geval van elektro aandrijving en er mag geen duikvlucht met snelheidsopbouw aan voorafgaan. Het moet thermiek zijn en geen hellingwind.

 

Mijn oude record stond op iets van 3 m/s stijgen in de thermiek. Sinds de zomer van 2003 log ik veel vluchten. De hoogtelogger, eerst een Alti2 en sindskort een Altis micro zijn in totaal al 98 vliegdagen gebruikt. Komt ongeveer overeen met 1200 - 1500 vluchten (ik ga ze niet tellen mensen). Maar goed, die 3 m/s heb ik op 5 mei boven de Leusderhei verbroken. Mijn nieuwe record staat nu op 4,6 m/s. Het is maar gedurende 12 - 13 seconden wat ik zelf wat magertjes vind, maar dan wel weer net genoeg. Hieronder, om begrijpelijke redenen maar een deel van de gehele grafiek.

 

 

 

 

Wat dit geval op 5 mei extra leuk maakte is dat ik tijdens dit moment samen cirkelde met 2 ooievaars. Ik vermoed dat zo'n ooievaar alleen zijn nest uit komt als er ook echt wat te stijgen valt. Ik blijf dat toch fascinerend vinden dat cirkelen samen met een vogel.

 

Vorig jaar dus al deze (zoek de buizerd):

 

 

 

De buizerd lijkt ver weg, maar dat komt door die groothoeklens van de GoPro. Met een herrie drone gaat dit nooit lukken denk ik. Daar zijn we met modelzweefvliegtuigen in het voordeel. Die beesten zien een modelzweefvleigtuig niet als een bedreiging. De ooievaars heb ik helaas niet vastgelegd vanwege het niet monteren van de camera, maar hopelijk krijg ik een herkansing.

 

 

 

De Raket heeft gevlogen

 

5 juni was het eindelijk mooi weer om met de Raket wat handstartjes te maken. Hier een verslag en hier vind je een filmpje.

 

 

 

 

 

Prima avondje

 

Vanaf de tweede week van juni begint 2016 eindelijk ergens op te lijken. Dit schrijf ik in de tweede week van juni 2016, dus wat komen gaat weet ik dus nog niet. Op donderdagavond 9 juni heb ik clubgenoten, mezelf en de Radical Pro verrast met een vlucht van precies 10 minuten. Ook nog afgesloten met een doellanding. En dat terwijl de schemering al was ingevallen zo rond 22.00 uur 's avonds. Daalsnelheid in still air is 0,41 m/s.

Klik.

 

 

 

 

 

 

 

Streven naar verbetering (2)

 

De inkt van het vorige artikel over records was nog nat toen een persoonlijk record sneuvelde. Langste vlucht staat sinds 10 juni op 70 minuten. Zoals je kunt zien heb ik daar wel een aantal thermiekbellen voor nodig gehad, maar dat maakte de poging ook leuk. Gevlogen met de StorMax op een perfecte dag met maximaal

2 Beaufort, 21 graden Celsius en 1,8 m/s thermiek, zoals ook voorspeld was. Starthoogte 70 meter. Klik.

 

 

 

Ik heb trouwens nog een aanvulling op de soorten records die mogelijk zijn: Starthoogte met een lier natuurlijk! Hier een afbeelding van mijn PR, maar ik heb verhalen van anderen gehoord over 365 meter. PR neergezet op 13 april 2014 tijdens de 1e NK wedstrijd dat jaar met een Radical Pro. Haha, een hoogte die niet is toegestaan voor een modelvliegtuig op een weiland waar we eigenlijk niet mochten vliegen. Voor het Nederlands Kampioenschap!

 

 

 

 

1000 keer !!!

 

Het is feest! In de maand juni van dit jaar is onderstaand document voor de 1000e keer gedownload van deze site. Voornamelijk door Nederlanders, maar ook door modelbouwers over de grens. Op 3 andere sites, waaronder het Modelbouwforum, wordt naar het document verwezen. Dat zal mede het aantal downloads verklaren. Ik heb, in het kader van klantvriendelijkheid, wel eens overwogen om ook een Engelstalige versie van deze site te maken. Maar dat  is me teveel gedoe. Plaatjes zeggen ook al veel.

 

 

 

 

Lekker snugger

 

Ik ben me een beetje aan het verdiepen in RES en kwam op het Duitse RC forum terecht. Zij zijn daar iets verder dan wij in NL en dit forum biedt dan ook veel informatie. Iemand op dit forum tipt de lezers met een link naar de site van RC Soaring Digest. In de editie van nummer 10 uit 2008 staat een geweldig artikel over RES (blz 49 en verder) met een schitterende foto. Wel eens zoveel ooievaars bij elkaar gezien?

 

 

 

 

 

En hoezo de titel dan? Hoor ik je denken.

Nou: De naam Stork, van de zwevert waar ik sinds 1999 mee vlieg, blijkt in het Engels ooievaar te betekenen. Dat wist ik niet! Lekker snugger, maar wel een leuke verrassing.

 

Ik sta bekend als de F3J Stork-1 fan van het eerste uur. In eerste instantie natuurlijk met de originele romp. Een containerschip keer je sneller. Toen kwam de vleugel op een romp van de Starlight 2000. De Starlight zelf is een model waar ik nooit fatsoenlijk mee heb kunnen vliegen. We hadden geen klik zullen we maar zeggen. Maar de romp, formaatje regenpijp anno 2016, bleek een verbetering voor de Stork-1 vleugel ten opzicht van het origineel. Het scheelde ook nog eens 250 gram. Maar zo'n V-staart en netjes bochtjes vliegen lukt mij minder goed dan met een kruisstaart.

 

Plots kwam daar, wederom via het Duitse RC forum, een romp van de F3J Maxa in beeld. De voorkant van de romp was op 2 plaatsen gebroken en was nogal lomp gerepareerd. De staart was ongedeerd. Tegen een aantrekkelijk bedrag was ik de nieuwe eigenaar. De romp heb ik mooi gemaakt. En met een adapterplaatje is de romp passend gemaakt voor de Stork-1 vleugel. Scheelt weer 150 gram vlieggewicht. Nu 2100 gram tegenover bijna 2500 gram met de eerste romp. Nou, de rest is geschiedenis. Tot en met windkracht 3 is dit het prettigste model waar ik ooit mee gevlogen heb.

 

Maar ik ben me dus aan het verdiepen in RES. Onder RES wordt een zwevertje verstaan met alleen Rudder, Elevator en Spoiler. Oftewel, hoogte, richting en remklep. Het wedstrijdreglement spreekt me niet aan, maar het type model wel. Lekker overzichtelijk. 2 meter, hout, 3 kanaals, alleen carbon in de staartboom, de ligger en de voorlijst.

 

Wat mij niet aanspreekt in het reglement?

Werktijd 9 minuten en een vliegtijd van 6 minuten. Gedoe met stopwatches, herstarts, juryleden en rennende deelnemers. Om niet te maken te hebben met dit gedoe heb ik, overigens al voor het bestaan van RES het reglement van de SpiritCup bedacht. Even kort samengevat: Met twee deelnemers tegelijk starten en de laatste die landt krijgt 1 punt. In geval van 3 vliegers tegelijk zou je de laatste die landt 2 punten kunnen geven. De middelste 1 punt en de eerste die landt 0 punten. Dat kun je uitbreiden voor zo ver het past op het veld en er deelnemers zijn. Met meer dan 2 deelnemers tegelijk vliegen is bij de SpiritCup helaas nooit nodig geweest.

 

Het RES reglement spreekt me in die zin dus niet zo aan, maar incidentele deelname in de toekomst sluit ik niet uit. Het verdiepen in RES leidt inmiddels tot een bouwtekening. Genoeg bouwdozen te koop voor hele schappelijke prijzen, maar zelf ontwerpen en bouwen in de wintermaanden vind ik leuker. Ik zal er t.z.t. over berichten!

 

 

Hoe dan?

 

De slechte lente van 2016 wordt kennelijk goed gemaakt in de herfst. Beetje verschoven seizoenen dit jaar. Geeft niet. Kunnen de modelvliegers de gemiste uurtjes inhalen. Zo stond ik op een, voor modelzweefvliegers, perfecte zaterdag 10 september op het knollenveld van MVC Otto Lilienthal in Soest met de Maxa dit keer. In mijn uppie, maar zeker niet minder gemotiveerd. Temperatuur goed met 25 graden, wind goed met

2 - 3 Bft en de thermiekvoorspeller had 2 - 2,5 m/s stijgen aangegeven. Voor 2016 begrippen bijzonder goede thermiek.

 

Sinds mijn recente ongeplande recordvlucht, die dus 70 minuten duurde, zit ik mezelf een beetje op te jutten op dit soort dagen. Ik heb vastgesteld dat er maar enkele dagen per jaar zijn waarop thermiek binnen een paar minuten opgevolgd wordt door nieuwe thermiek. En dat heb je wel nodig voor lange vluchten. Zo kun je dus hoogte pakken in thermiek en dan uitzweven naar (of noem het wachten op) een nieuwe bel.

Hoe doe je dat dan? Die vraag kwam van verschillende kanten. Ik heb echt niet de wijsheid in pacht, maar ik zal eens beschrijven hoe mijn strategie er tijdens een vlucht uitziet.

 

Hoe hoger je een thermiekbel vindt, hoe groter de kans dat je hem goed kunt benutten. De diameter en sterkte van zo'n thermiekslurf nemen toe met de hoogte. Normaal gesproken kun je vanaf een lekkere, niet nader te noemen, hoogte wel 10 minuten uitzweven zonder thermiek. Zie ook de still-air grafiek hierboven. Tussen thermiekbellen in heb je helaas te maken met daalgebieden. Waar het omhoog gaat moet het ook ergens omlaag gaan. Dat houdt automatisch in dat je nooit lekker lang kunt uitzweven. Je zult, uitgaande van een lekkere hoogte, binnen 6 - 8 minuten een nieuw stijggebied moeten vinden, anders is de kans op landen groot. Dan helpt het wel als je vliegt met een sneller model. Vandaar de inzet van de Maxa en niet de StorMax vandaag. Met windkracht 3+ zou ik overigens een F3B model pakken, hoewel die met een elastiek lastiger in de lucht te krijgen is. Dan kan beter een lier uitgelegd worden. De startlijn die ik voor F3J gebruik is ca. 90 meter lang. 30 meter elastiek en 60 meter nylon lijn van 1,15 mm.

 

Goed. De StorMax vind ik prettiger cirkelen, maar de Maxa vleugel is aanzienlijk sneller. Zonder daarbij ook sneller te dalen. Hierbij direct het antwoord op de vaak terugkerende vraag: Wat is nu de ontwikkeling geweest op het gebied van F3J de laatste 20 jaar? Nou dat! Onder andere dan. Samen met lagere vleugelbelastingen mogelijk gemaakt door lichter materiaal.

 

Even grafisch weergegeven wat ik bedoel:

 

 

 

 

Wat ik ook een voordeel vind is dat de Maxa een spanwijdte heeft van 4,0 meter. Dat scheelt echt. Je kunt behoorlijk ver weg vliegen. Voor dit soort PR pogingen zou ik eigenlijk wel een model willen met een nog grotere spanwijdte.

 

Het zou voor PR-verbreek-pogingen handig zijn als je je als vlieger zou kunnen verplaatsen. Kun je mooi tegen de wind in lopen. Of nog beter, naar de thermiek toelopen. Horizontaal, zeker op een wat lagere hoogte is

ca. 500 meter de maximale prettige afstand om bij je vandaan te vliegen. Meestal is de afstand tussen thermiekbellen groter dan 500 meter. Je haalt dan vanwege je zichtgrens de nieuwe thermiek niet, uitgaande van cirkelen boven je veld. Maar, zoals al gezegd, op enkele dagen per jaar zitten de thermiekbellen dichter op elkaar. Die dagen laten zich redelijk goed van te voren voorspellen. Thermiek moet 1,5 - 2 m/s zijn en de wind een kracht van 2 - 3 Beaufort hebben. Oja, en de zon moet schijnen.

 

Nog even over het verplaatsen als vlieger: Als je je zou kunnen verplaatsen krijg je zoiets als dit:

http://www.rc-network.de/forum/showthread.php/327612-Cross-Country-Segelfliegen

Lijkt me trouwens nog niet zo makkelijk. Hoog vliegen en wandelen op tempo tegelijk.

 

Op de figuur hieronder kun je klikken om het te vergroten. Dit is de grafiek van vandaag 10 september.

Je ziet allerlei interessants. Vind ik tenminste. Even doornemen?

 

 

Starthoogte is met de Maxa aanzienlijk hoger dan gemiddeld met de StorMax. Zo'n 30 meter. Ook dat is te danken aan de ontwikkeling binnen F3J de afgelopen 20 jaar. De Maxa heb ik gestart op een moment dat er thermiek boven het veld zat. Dat is geen toeval. Dat kun je zelfs als leek vrij goed vaststellen. Als je maar weet waar je op moet letten. En dat is: een afname van de windkracht en een lichte toename van de temperatuur. Dat gaat om hele kleine verschillen. Je zult er echt op moeten letten anders valt het niet op. Als je denkt: Ik wacht even tot de wind lekker aantrekt voor een hoge start, heb je het mis. Vrijwel gegarandeerd ligt je model een paar minuten later weer op de grond. Starten in de thermiek zorgt voor een betere starthoogte dan starten met wind. Starten tijdens een windvlaag houdt in dat je start net nadat de thermiek voorbij getrokken is. Tijdens wedstrijden heb je vaak geen keus om te wachten. Dan gaat gewoon de toeter. Je kunt in geval van zo'n windvlaag nog proberen om snel na de start 200 - 300 meter achter je met wind mee te zoeken, maar hou er rekening mee dat je alleen maar verder met de wind mee afdrijft als je de bel nog hebt weten op te pakken. Starten met thermiek boven het veld is handiger. Je kunt direct na een start in de thermiek gaan cirkelen. Op goede dagen hoef je echt niet langer te wachten dan ca. 8 - 10 minuten.

 

De eerste bel heb ik niet lekker kunnen uitdraaien zoals je in de afbeelding kunt zien. Op een hoogte van 100 meter is de diameter voor een 4 meter model klein en de sterkte in dit geval dus genoeg om ongeveer op dezelfde hoogte te blijven. Op zo'n 7 minuten pik ik de 2e thermiekbel op. Op een hoogte van 80 meter. Dit keer kan ik de bel echt goed  benutten. Bijna een kwartier lang rustig stijgen. Dat zijn de betere bellen.

 

Op een zekere hoogte raak ik het gebied kwijt. Of het gebied neemt in kracht af. Of ik ga slordig vliegen vanwege de grotere hoogte. Geen idee. Dan heb je dus een paar minuten om een ander stijggebied te vinden. En dan merk je pas goed hoe hard een model kan dalen. Je moet dan niet treuzelen, maar doorvliegen. Verwacht ook geen nieuw stijggebied in de buurt. Die is er zo goed als nooit. Dus: Wegwezen! Soms zelfs in de "speedstand". Tegen de wind in. Meestal. Maar als je merkt dat de wind een paar graden gedraaid is, wat je kunt zien aan het lintje aan je zenderantenne (tegenwoordig met 2.4 GHz antennes van 10 cm gebruik ik een lange nepantenne speciaal voor het lintje) of als je merkt dat het model weggeduwd wordt uit een richting dan weet je wat je te doen staat. 

 

Grafisch de "thermiek-kwijt-wat-nu? situatie weergegeven:

 

 

 

 

 

Oranje cirkel: De thermiekbel waar je in cirkelt en die je kwijtraakt.

Groene cirkel: De nieuwe thermiekbel die je zoekt.

Ster: Daar sta je te sturen.

Oranje lijn vanuit de ster: Oude windrichting.

Groene lijn vanuit de ster: Nieuwe windrichting.

Blauwe lijn: De richting die je model vliegt. Waar je model naartoe gedrukt wordt.

 

OK, ik vlieg bijna altijd op basis van mijn lintje. De wind trekt altijd naar de bel toe. Dat verschil hoeft maar een paar graden te zijn zoals in de afbeelding, maar kan ook meer dan 90 graden bedragen. In het laatste geval weet je echt zeker waar je naartoe moet. En door niet onbewust te corrigeren naar links of rechts kun je vaststellen dat je model weggedrukt wordt. Daarom is het belangrijk dat je model in normale omstandigheden rechtdoor vliegt zonder afwijking. Anders hou je jezelf voor de gek. Samen met een iets verdraait lintje (groene lijntje) krijg je bevestigd dat je juist die kant op waar je van weggedrukt wordt. Grote kans dat je nieuw stijgen aanboort.

 

Terug naar de grafiek. Na de tweede bel ben ik de halve hoogte kwijt aan zoeken naar iets nieuws. Maar ook nu wordt na enkele minuten een nieuw stijggebied gevonden. Op een prima hoogte haak ik in. Daarin bereik ik weer een hoogte waarop ik wat nieuws kan / moet gaan zoeken. Dat lukt met de vierde bel. Waar ik helaas maar 5 minuten van kan profiteren.

 

Op naar bel 5 zou je zeggen, maar wolken voor de zon zorgen plotseling voor het einde van de vlucht. Geen zon geen thermiek. Een vlucht die ca. 45 minuten duurde en waarbij de opeenvolging van de thermiek zich goed liet voorspellen. Dit zijn echt leuke dagen.

 

 

Gemist

 

Een dag later, op 11 september, vliegt dit groepje ooievaars over het veld. Heb ik helaas gemist wegens afwezigheid. Gelukkig heeft Knaufbrother Nico van den Burg het tafereel vastgelegd met de

Sony SLT-A65V. Op naar de Straat van Gibraltar!

 

 

 

 

 

 

Het houdt niet op!

 

Niet vanzelf... Vrijdagavond 23 september even de weersverwachting van zaterdag de 24e bekeken. Zag er best goed uit. Voor de tijd van het jaar. Thermiek met ca. 1 - 1,5 m/s stijgen. Niet spectaculair, maar wel constant. Windkracht 3 was ook voorspeld. Dus stond ik zaterdag om 11.30 uur 2 km verderop naast Gerd in zijn weiland.

 

Inmiddels is bekend dat je met deze windkracht voldoende nieuwe aanvoer van thermiek hebt. Voor mooie lange vluchten dus. Het startlijntje met 30 meter elastiek en 60 meter nylon past uitgerekt net op het weiland. De starthoogte moet net hoog genoeg zijn om aansluiting te kunnen vinden. Dat is nu even mijn sport.

 

Resultaat van de dag: Eén enkele vlucht. Maar wel eentje van 72 minuten. Is dus weer een nieuw persoonlijk record. De vorige verbroken met 2 minuten. Dat zal toeval zijn. Zelf had ik makkelijk langer gekund, maar de omstandigheden lieten dat niet toe. Twee keer weggezakt naar zo'n 60 meter. Dat maakt het natuurlijk extra leuk. Klik.

 

 

 

Kleine analyse. In de grafiek van 10 september eerder in het stukje hierboven volgde de thermiek zich om de 8 minuten op. Vandaag, op 24 september, was die opvolging ca. een kwartier. Bovendien legde ik met de Maxa veel meters af van ene hoek naar de andere hoek. De thermiek volgde wel op, maar niet netjes achter alkaar als in een straat.

 

Zo'n 30 minuten na de start werd de tweede thermiekbel verraden door 5 cirkelende buizerds. Om daar met je modelletje tussendoor te vliegen is het ultieme modelzeefvliegen. Verder valt in de grafiek op dat ik redelijk vaak de bel kwijtraakte. Daar heb ik geen verklaring voor. Het verliezen van de derde bel heeft tot het einde van de vlucht geleid. Op een lastige lage hoogte is het in de vierde bel niet goed meer gelukt om hoogte te winnen. Misschien was de concentratie wat minder geworden. Er is in ieder geval ruimte voor verbetering. Maar of dat dit jaar nog lukt weet ik niet. Het is al bijna kerst!

 

 

 

 

Op de valreep:

Een vliegende meeuw op oudjaarsdag

 

 

 

 

Het verhaal begint in 2008. Op het Amerikaanse modelbouwforum, RC-Groups, meldt iemand dat hij van plan is om een RC-Gull (bestuurbare zeemeeuw) te gaan produceren.

https://www.rcgroups.com/forums/showthread.php?897603-Birdworks-RC-Gull-available-again

Al snel meldden zich enthousiastelingen. Voor hem een teken om door te gaan. Onder de enthousiastelingen ook Nederlander Jaap Kooy. Niet onbekend met bestuurbare vogels en daarom extra geďnteresseerd.

 

Hoe het precies gelopen is weet ik niet meer, maar Jaap is ook meeuwen voor Nederlanders gaan reserveren / bestellen. Eén daarvan was voor mij bestemd. Volgens mij heb ik de meeuw eind 2009 ontvangen. Toen nog druk met mijn deeltijdstudie en daarom in de stelling blijven liggen.

 

In 2011 was de meeuw klaar en heb ik in de Soester Duinen wat werpstartjes gemaakt. Dat ging voor geen meter. De meeuw raakte zelfs beschadigd. En zo hard waren die landingen nou ook weer niet. Na kort onderzoek heb ik vastgesteld dat de bouwer waarschijnlijk niet beschikt over een diploma werktuigbouwkunde. De constructie is relatief zwaar en niet sterk. Na een matige en zware reparatie is nog een poging ondernemen om het beest alleen maar in een glijvlucht te krijgen. Ook dat is niet gelukt.

 

In 2014 vloog ik een F3F wedstrijd op de 2e Maasvlakte. De Gull was meegenomen, want dit was tenminste een echte helling met wind. Ook op de Maasvlakte weinig controle over de vlucht. Maar de meeuw vertoonde tekenen van potentie. Goed, toen werd het 31 december 2016. De jaarwisseling werd doorgebracht op Ameland. Daar was ik eerder met materiaal. Toen zonder GoPro helaas, want het weer was toen aanzienlijk beter.

 

Maar goed. Zo stond ik in de ochtend van oudjaarsdag op het duin van Ameland met een meeuw. In de potdichte mist. Alles had ik er aan gedaan het beestje vliegend te krijgen. Lelijke stabilisatoren gelijmd. Transparant maar toch. Ook het zwaartepunt was precies op 13 mm geplaatst, want ik had me bang laten maken door een vliegende vleugel kenner. Dus als het nu niet zou lukken eindigt het beest bij de poelier.

 

Kijk en oordeel zelf: Klik!

 

 

 

 

 

 

Terug naar modelvliegen